4 valkuilen die echt delegeren onmogelijk maken

Pieter Peelen
19 nov 2013

Sinds afgelopen zomervakantie weet ik dat ik nog niet écht kan delegeren. Ik behoor tot het soort dat dacht dat ik het prima kon, maar vervolgens wel ’s avonds nog zit te werken… Herkenbaar? Sinds die tijd werk ik er ook aan om het wel te leren. Omdat ik mijzelf ook ben gaan realiseren dat ik anderen nodig heb om het hogere doel te bereiken. Het wordt tijd om hen erbij te betrekken. Dat ben ik dus ook gaan doen.

VOORTEKENEN

Afgelopen mei had ik al kunnen weten dat het beter kon. Mijn collega (steun en toeverlaat in het bedrijf) reageerde hoogst verbaasd toen ik haar verzocht om, op basis van een soort van ‘sollicitatie’, de mensen nog te zien die zij zou regelen voor onze stand van een beurs waar we eind mei stonden. De volgende alarmbellen hadden toen allemaal bij me af moeten gaan.

1. VERKEERD AANGENOMEN?

Waarom zou iemand die al een jaar voor je werkt, en die je met je volle verstand hebt aangenomen en hebt doordrongen van de kernwaarden van het bedrijf, niet kunnen inschatten wat voor een mensen bij het bedrijf passen? Het feit dat ik zelf al tientallen mensen heb aangenomen in mijn carrière, hoeft niet te betekenen dat iemand anders niet kan inschatten wat nodig is. Los durven laten is daarbij essentieel. Begin met het loslaten van het (vaak positieve) oordeel over jezelf, en het (vaak negatieve) oordeel over de ander!

2. PROCEDURE WAANZIN

Waarom verzinnen we een extra procedure die overigens ook weer tijd kost? Als mensen doordrongen zijn van de kernwaarden van een bedrijf, dan is het toch niet nodig om alles te gaan micro managen? Waarom alle verbeeldings- en ontplooiingskracht van anderen uit het bedrijf elimineren met saaie en nutteloze procedures? Sommige mensen kunnen 10 jaar voor een grote procedurefabriek hebben gewerkt, om dit vervolgens binnen 3 jaar weer te vergeten. Waaronder ikzelf dus.

3. BEMOEIZUCHT (OOK WEL: DE ANDER DOET HET GOED, MAAR IK KAN HET BETER)

Waarom zou je je met het proces bemoeien als het resultaat uiteindelijk telt? Opgegroeid in een input-gedreven maatschappij, paste ik duidelijk niet in de opvatting van mijn jongere collega. Gelukkig werd ik meteen aangesproken op mijn volstrekt overbodige stap, en hebben we de stap die ik voorstelde niet ingebouwd in het proces. De ander doet het gelukkig anders. En geef ze de kans, want ‘anders’ is vaak veel beter!

4. GEBREK AAN VERTROUWEN (OF EIGEN ONZEKERHEID)

Waarom zou ik geen vertrouwen hebben in iemand die ik zie als steun en toeverlaat? Was het mijn eigen drang naar perfectionisme en het geloof dat ik daar alleen zelf voor kon zorgen wat mij aanzette tot deze actie? Is teveel alleen maar op jezelf vertrouwen niet een ontzettende beperking van je eigen kunnen?

Het is nu zondagavond, wat nog niet getuigt van delegeercapaciteiten op vol vermogen. Maar bouwen aan een team van mensen die gezamenlijk een doel en een gedachte kunnen uitdragen blijft het mooiste wat er is. En als ik daarvoor echt moet leren echt te delegeren dan ga ik daar vol voor!